Wij kennen Hem door twee middelen. Ten eerste door de schepping, onderhouding en regering van de hele wereld. Want deze is voor onze ogen als een prachtig boek1, waarin alle schepselen, groot en klein, de letters zijn, die ons te aanschouwen geven wat van God niet gezien kan worden, namelijk zijn eeuwige kracht en goddelijkheid, zoals de apostel Paulus zegt in Romeinen 1:20. Dit alles is voldoende om de mensen te overtuigen en hun elke verontschuldiging te ontnemen.
Ten tweede maakt Hij Zichzelf nog duidelijker en volkomener aan ons bekend door zijn heilig en goddelijk Woord2, namelijk voor zover dat voor ons in dit leven nodig is tot zijn eer en tot behoud van de zijnen.
Die geweldige God waar het in
artikel 1 over gaat is geen onbekende God. Hoewel in dat artikel de Bijbel wordt nagesproken dat God onzienlijk is - toch laat Hij zich kennen. Daar gaat het in het tweede artikel van de Nederlandse Geloofsbelijdenis over. God blijft niet op afstand, maar komt Hij heel dichtbij en wij mogen een intieme relatie met Hem hebben. Dank aan God dat Hij ons twee 'boeken' geeft om te bestuderen en te overdenken, zodat we Hem steeds beter leren kennen.
1
De hemelen vertellen Gods eer,
en het uitspansel verkondigt het werk zijner handen;
de dag doet sprake toestromen aan de dag,
en de nacht predikt kennis aan de nacht.
Het is geen sprake en het zijn geen woorden,
hun stem wordt niet vernomen:
toch gaat hun prediking uit over de ganse aarde
en hun taal tot aan het einde der wereld. –
Hij heeft daarin een tent opgeslagen voor de zon (Ps 19:2-5)
2
De wet des HEREN is volmaakt,
zij verkwikt de ziel;
de getuigenis des HEREN is betrouwbaar,
zij schenkt wijsheid aan de onverstandige.
De bevelen des HEREN zijn waarachtig,
zij verheugen het hart;
het gebod des HEREN is louter,
het verlicht de ogen. (Ps 19:8,9)
Want het woord des kruises is wel voor hen, die verloren gaan, een dwaasheid, maar voor ons, die behouden worden, is het een kracht Gods. Want er staat geschreven: Verderven zal Ik de wijsheid der wijzen, en het verstand der verstandigen zal Ik verdoen. Waar blijft de wijze? Waar de schriftgeleerde? Waar de redetwister van deze tijd? Heeft God niet de wijsheid der wereld tot dwaasheid gemaakt? Want daar de wereld in de wijsheid Gods door haar wijsheid God niet gekend heeft, heeft het Gode behaagd door de dwaasheid der prediking te redden hen, die geloven. (1 Kor 1:18-21)
Alle Bijbelteksten komen uit de NBG vertaling 1951.
0 reactie(s):
Een reactie posten