Nam ik vleugels van de dageraad,
woonde ik aan het uiterste van de zee,
ook daar zou Uw hand mij leiden
en Uw rechterhand mij vasthouden.
Psalm 139:9-10 HSV
Dit kennen – het is mij te wonderlijk,
te hoog, ik kan er niet bij.
Waar kan ik Uw Geest ontgaan,
waar Uw aangezicht ontvluchten?
Als ik opsteeg naar de hemel, U bent daar;
of legde ik mij neer in de hel, zie, U bent daar.
Psalm 139:6-8 HSV
Al is er nog geen woord op mijn tong,
zie, HEERE, U weet alles.
U sluit mij in van achter en van voren,
U legt Uw hand op mij.
Psalm 139:4-5 HSV
HEERE, U doorgrondt en kent mij.
U kent mijn zitten en mijn opstaan,
U doorziet van verre mijn gedachten.
U onderzoekt mijn gaan en mijn liggen,
U bent met al mijn wegen vertrouwd.
Psalm 139:1-3 HSV
Als de HERE het huis niet bouwt,
tevergeefs zwoegen de bouwlieden daaraan;
als de HERE de stad niet bewaart,
tevergeefs waakt de wachter.
Psalm 127:1 NBG
Template gebaseerd op © Free Blogger Templates Wild Birds door Ourblogtemplates.com 2008
Terug naar boven
