Gezegende Kerst
>> donderdag 25 december 2008
Ik ben als een licht in de wereld gekomen, opdat ieder die in Mij gelooft, niet in de duisternis blijft.
Johannes 12:46 Telos
Het oog gericht op Jezus
Ik ben als een licht in de wereld gekomen, opdat ieder die in Mij gelooft, niet in de duisternis blijft.
Johannes 12:46 Telos
Op kerkgeschiedenis.web-log.nl kun je een samenvatting lezen van het boek Oorzaken en Genezing van Geestelijke Depressiviteit, van de Britse prediker D. M. Lloyd-Jones, die ook wel bekend staat als de 'Doctor'. Ik heb er zelf ook al eens over geschreven en ik eindigde toen met de woorden: 'Als je zelf last hebt van overbezorgdheid of neerslachtigheid of als je zit te tobben over dingen uit je verleden of als je angst hebt voor de toekomst, dan is dit boek een echte aanrader.' En dat geldt nog steeds.
Lees meer...Ik, Ik ben het, die uw overtredingen uitdelg om Mijnentwil en Ik gedenk uw zonden niet.
Jesaja 43:25 NBG
Afgelopen vrijdag schreef ik over een artikel in het RD over ds. Hans Burger en zijn proefschrift Being in Christ. Vandaag besteedt het ND er aandacht aan in het artikel Meer aandacht voor het leven hier en nu. Hans Burger hoopt vandaag op zijn proefschrift te promoveren.
Ook Jos Douma schrijft op zijn weblog naar aanleiding van deze gebeurtenis (zie zijn blog met de titel Hans Burger: Zijn in Christus, van vandaag). Wat hem betreft is deze dag 'een belangrijke dag voor de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt (en voor alle kerken) ... Want Hans Burger levert een prestatie van formaat met deze diepgaande dissertatie over een buitengewoon cruciaal thema voor christelijke theologie en spiritualiteit.'
Graag wil ik hier ook de woorden citeren waar Jos Douma mee eindigt:
Hans Burger levert nu dus een diepgravende theologische studie over de thematiek van 'zijn in Christus'. Ik hoop meer dan van harte dat zijn boodschap gehoord gaat worden, niet alleen door theologen, maar via hen ook door allen die Christus aanbidden en willen genieten van en groeien in levende verbondenheid met hem! Ik hoop dat we ook wat uitkomen boven discussies die niet veel verder komen dan waar je het accent nu moet leggen: op de rechtvaardiging of op de heiliging, op de verzoening of de vernieuwing en die dan eindigen met de verzuchting dat het ook allemaal wel wat ingewikkeld is? Mijn verlangen is dat we mee door het boek van Burger we werkelijk in gesprek raken over de meest fundamentele werkelijkheid van ons christelijke leven: dat we, door geloof, in Christus zijn, en dat het in de gemeenschap met Christus zien en ervaren van de glorie van Christus ons leven raakt tot in de kern, en ons leven van binnenuit vormt en verandert dankzij de vergevende, genezende en bevrijdende genade van Christus. Zo zullen we samen groeien in het aanbidden en bewonderen van de drie-enige God, Vader, Zoon en Heilige Geest, de enige ware God die leeft en regeert, nu en tot in eeuwigheid!Ik deel dit verlangen van Jos Douma helemaal. Jos Douma noemt het zijn-in-Christus 'een buitengewoon cruciaal thema'. Hij heeft het over 'de meest fundamentele werkelijkheid van ons christelijke leven', namelijk: 'dat we, door geloof, in Christus zijn'. En dat werkt hij dan uit in het zien van de glorie van Christus, waardoor ons leven van binnenuit verandert, waardoor we groeien in aanbidding van de drie-enige God.
De liefde is geduldig,
zij is vriendelijk,
de liefde is niet jaloers,
de liefde pronkt niet,
zij doet niet gewichtig,
zij handelt niet ongepast,
zij zoekt niet haar eigen belang,
zij wordt niet verbitterd,
zij rekent het kwaad niet toe,
zij verblijdt zich niet over de ongerechtigheid,
zij verheugt zich echter over de waarheid,
alle dingen bedekt zij,
alle dingen gelooft zij,
alle dingen hoopt zij,
alle dingen verdraagt zij.
1 Korintiërs 13:4-7 HSV
Een kleine maand geleden, op 18 november om precies te zijn, schreef ds. Jos Douma op zijn weblog iets over een nieuw boek van zijn collega ds. Hans Burger. Hij schreef toen dat hij werd 'verrast met een zeer kloek boek, dat Hans Burger heeft geschreven over 'Being in Christ. A Biblical and Systematic Investigation in a Reformed Perspective'. Het gaat om zijn dissertatie die hij op 15 december in Kampen hoopt te verdedigen.'
Nu is er in het Reformatorisch Dagblad van vandaag aan deze dissertatie een artikel gewijd, onder de titel Om het hart van de christelijke identiteit. Daarin komt Hans Burger zelf aan het woord en hij geeft daar naar mijn mening een goed beeld van de situatie in de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt - waar ik zelf ook lid van ben:
Ik proef in onze kerken iets van: Waar moeten we heen? Een malaise, een identiteitscrisis. In de vrijgemaakte kerken is er vanouds de angst voor subjectivisme. Maar wat zie je nu? Voor veel mensen is Jezus Iemand uit het verleden geworden - Die voor onze zonden is gestorven, maar verder? De notie van het zijn in Christus, het hebben van een levende relatie met Hem, leefde onder ons eigenlijk niet, kwam in preken te weinig aan de orde. Met als gevolg dat mensen het in de evangelische en charismatische hoek gingen zoeken.Even verderop wordt hem de vraag gesteld: 'De notie "zijn in Christus" komt in uw kerkverband nauwelijks aan de orde, constateert u. Wat is uw advies?' Burger geeft dan naar mijn idee een duidelijk antwoord:
Ik bepleit een prediking waarin Christus in Zijn volle breedte wordt verkondigd. Het gaat erom dat Christus een gestalte in ons krijgt. Te veel is er in onze theologie sprake van een biografisch tekort: het leven van de gelovige komt te weinig in beeld. Wat ons óók vatbaar maakt voor de secularisatie. In Christus zijn is absoluut noodzakelijk, is ook een ervaringswerkelijkheid. To be or not to be, in Christ, that’s the question. Wat heb je anders nog te vertellen, ook aan mensen buiten de kerk? Juist hierin kunnen ook mensen in onze postmoderne cultuur een échte identiteit vinden.Jos Douma kan zich hier helemaal in vinden:
... ook ik merk nog heel vaak hoezeer de geloofsbeleving van christenen als het gaat om het kennen van en leven met Christus is versmald tot alleen maar de vergeving van zonden: Jezus is een figuur uit het verleden die voor mijn zonden aan het kruis is gestorven. Deze eenzijdige, versmalde kennis en beleving van Christus leidt maar al te gemakkelijk tot een weinig vitaal geloofsleven omdat de kracht van het kennen van Christus in zijn volheid niet gekend en beleefd wordt.Ook ikzelf, als ouderling van onze gemeente, kom het tegen dat mensen verlegen zijn met het 'zijn in Christus'. Terwijl het zo rijk is! Het besef van het 'in Christus zijn' geeft zo'n verdieping aan je geloofsleven. Johannes 15 bijv. laat zien wat dit allemaal betekent:
Wat betekent dat: het gekruisigd lichaam van Christus eten en zijn vergoten bloed drinken?Maar dat is nog maar de helft, want dan volgt er dit:
Dat wij met een gelovig hart heel het lijden en sterven van Christus aannemen en daardoor vergeving van zonden en eeuwig leven verkrijgen.
Verder ook, dat wij door de Heilige Geest, die tegelijk in Christus en in ons woont, steeds meer met zijn heilig lichaam verenigd worden, en wel zo, dat wij, hoewel Christus in de hemel is en wij op aarde zijn, toch vlees van zijn vlees en been van zijn gebeente zijn; en ook zo, dat wij door één Geest eeuwig leven en geregeerd worden, zoals de leden van het lichaam door één ziel.Het leven van een christen wordt dus gestempeld door een echte, levende omgang en verbondenheid met Christus. Zo krijgt Christus meer en meer gestalte in ons, tot eer van de Vader! Lees meer...
Sinds kort is het mogelijk om online te zoeken in de Herziene Statenvertaling. Het was altijd al mogelijk om een bepaalde passage online te raadplegen op basis van Bijbelboek en hoofdstuknummer, maar nu kun je ook zoektermen ingegeven. Daarbij kun je wel of niet hoofdlettergevoelig zoeken, zoeken op exacte woordvolgorde, alle woorden of één of meerdere woorden, en het zoeken eventueel beperken tot het Oude of Nieuwe Testament of een specifiek Bijbelboek. Kijk maar eens op de website van de Herziene Statenvertaling. Klik vervolgens in de rechterkolom op Teksten, dan verschijnt een formulier waarmee je kunt zoeken.
Lees meer...Jos Douma schrijft op zijn weblog dat hij werd benaderd door een journalist van Trouw met de vraag of hij in de serie over 'Religieuze belevenissen' iets over zichzelf wilde vertellen. Jos stelt op zijn weblog daarbij de vraag: 'wat verstaan we in de kerken onder religieuze ervaring?' En dan vervolgt hij:
Wat mij betreft zou dat vooral in deze richting moeten gaan (en daarbij heb ik het een en ander geleerd van John Pipers boek Vechten voor vreugde): het gaat om verlangen naar vreugde en de vreugde van het verlangen zoals deze gericht is op de God die ons in Jezus Christus tegemoet komt.En dan citeert Jos Douma Piper:
We zeggen allemaal wel eens dat het doel van ons streven vreugde is. Of we zeggen dat we gelukkig willen zijn. Dit zijn geen verkeerde of slechte beweringen. Een christen bedoelt: Ik streef ernaar om vreugde in God te vinden, zodat het oneindig waardige doel van het universum, God, alle mogelijke glorie uit mijn leven krijgt. 'Ik wil gelukkig zijn' kan een christelijke afkorting zijn van 'Ik wil Degene kennen, de Enige, die op zichzelf alles is waar ik ooit naar gehunkerd heb in al mijn verlangens om gelukkig te zijn.'Toen ik dit las trof mij het zinnetje 'Ik streef ernaar om vreugde in God te vinden, zodat het oneindig waardige doel van het universum, God, alle mogelijke glorie uit mijn leven krijgt.' Het gaat om een speciale vreugde, namelijk in God, want God zelf is het doel - ja het oneindig waardige doel -, niet alleen van mijn leven, maar van het hele universum!
Niet dat wij heersen over uw geloof, maar wij zijn medewerkers aan uw blijdschap; ...Lees meer...
Paulus in 2 Korintiërs 1:24 HSV
Of u dan eet of drinkt of iets anders doet, doe alles tot eer van God.
1 Korintiërs 10:31 HSV
De stappen die een gezegende zet, worden door de HEERE bevestigd,
Hij vindt vreugde in zijn weg.
Als hij valt stort hij niet neer,
want de HEERE ondersteunt zijn hand.
Psalm 37:23-24 HSV
Gisteren stond er in het ND een mooie reactie van Aad Kamsteeg op het bericht dat ds. Ton de Ruiter op eigen verzoek is ontheven uit het ambt van predikant. Er stond boven: Grote Ruil is krachtbron voor levensheiliging.
Kamsteeg en De Ruiter trokken in de jaren negentig veel samen op. Ze waren onder de indruk gekomen van onder meer hedendaagse Noord-Amerikaanse puriteinen. Van hen leerden ze wat evangelieheiliging is: 'liefde om het offer van Christus als bron van ons verlangen om in denken en doen meer op Hem te lijken.' En samen trokken ze het land door om juist deze boodschap, een boodschap vol genade van vergeving en vernieuwing, te verspreiden. Want ze hadden ook ontdekt 'dat onderwijs over persoonlijke levensheiliging in de vrijgemaakt-gereformeerde kerken onder het stof was geraakt'. Daar blijkt uit dat de boodschap zelf niet nieuw was: de belijdenissen van kerk spreken ook over deze belangrijke dingen, maar - zoals Kamsteeg schrijft - 'hebben en hebben is twee.'
In zijn artikel somt Kamsteeg een aantal bijbelse elementen op die hij en Ton de Ruiter en anderen hadden ontdekt:
Naam mijn mening prachtige en ook fundamentele elementen! Ik heb ze in de afgelopen jaren zelf ook mogen ontdekken, en eerlijk gezegd: ik geloof dat ik de rest van mijn leven nodig heb om hiervan steeds meer te ontdekken.
- Kennis over God is nog geen kennis van God: naast het bewaren van de zuivere leer van de Schrift is een persoonlijke omgang met de Vader onmisbaar. Hij wil maar niet 'de' zonden vergeven, Hij wil mijn zonden vergeven.
- In Christus ontstaat vrijheid en verdwijnt activisme: al ben ik tegenover de heilige God van mijzelf slechter dan ik mij kan voorstellen, in Christus ben ik bij God meer geliefd dan ik durf te dromen (Tim Keller).
- Geloof werkt: de Heilige Geest is zo sterk dat een door Hem opnieuw geboren mens God als zijn hoogste geluk en vreugde kan leren kennen (John Piper).
- Echte levensverandering komt van binnenuit: naarmate mijn hart bewogen wordt door liefde voor God ga ik oprecht bidden te mogen worden als de mens uit de Bergrede, nederig vooral.
- Waar het hart vol van is, loopt de mond van over: nu ga ik - zelf louter uit genade gered - van harte ook anderen bekering gunnen en die niet langer voor onmogelijk houden voor mijn buurman.
Maak een eind aan uw toorn en laat uw grimmigheid varen;
wind u niet op, dan zult u immers kwaad doen.
Want de boosdoeners zullen uitgeroeid worden,
maar wie de HEERE verwachten, zullen de aarde beërven.
Psalm 37:8-9 HSV
Ds. Jos Douma schreef gisteren op zijn weblog onder de titel Wat geloof is over hoe Paus Benedictus XVI het geloof definieert, namelijk als 'een verbondenheid met Christus, die het leven omvormt en zich uit in de liefde tot God en de naaste'. Dat is inderdaad een heel mooie definitie.
Jos Douma haalt vervolgens een in gereformeerde kring veelgebruikte definitie aan: 'geloven is een zeker weten en een vast vertrouwen.' Hij zegt daarover: 'Het zijn mijns inziens dit soort veelvuldig gebruikte zinswendingen (ontleend aan de Heidelbergse Catechismus) die het gevaar lopen een bepaald type geloofsbeleving in de hand te werken waarin de eenheid met Christus, de verbondenheid met Christus, het zijn in Christus (...) niet die rol speelt die het bijbels gezien wel zou moeten spelen.'
Ik ben blij dat Jos Douma hier genuanceerd over schrijft. Hij zegt niet dat de definitie van de Heidelbergse Catechismus an sich de oorzaak is van het type geloofsbeleving dat hij noemt. Nee, hij heeft het over het veelvuldig gebruik van dit soort zinswendingen. Ik proef daarin dat Jos Douma zegt: op zich is de definitie goed, hoewel niet volledig, maar het leidt tot eenzijdigheden als het in de praktijk de enige definitie van geloof is. Dan is er sprake van een versmalling.
Juist daarom ben ik zo blij met de andere geloofsbelijdenissen, zoals bijvoorbeeld de Nederlandse Geloofsbelijdenis. Deze belijdenissen vullen elkaar zo mooi aan. In artikel 22, dat handelt over de rechtvaardiging door het geloof in Christus, wordt 'waar geloof' namelijk als volgt omschreven: 'waar geloof [is geloof] dat Jezus Christus met al zijn verdiensten omhelst, Hem zich toeëigent en niets meer buiten Hem zoekt.' Een prachtige omschrijving toch? Om met de woorden van de Paus te spreken, woorden die Jos Douma met instemming overneemt: 'Hij volstaat'.
Maar lees ook eens verder in artikel 24 over de heiliging. Ook daar gaat het over het 'ware geloof':
Wij geloven dat dit ware geloof, in de mens verwekt door het horen van het Woord van God en door de werking van de Heilige Geest, hem opnieuw geboren doet worden en hem tot een nieuwe mens maakt. Dit ware geloof doet hem leven in een nieuw leven en bevrijdt hem uit de slavernij van de zonde.Oftewel, als ik de kern van dit stukje hierboven pak: Het ware geloof - dat Jezus Christus met al zijn verdiensten omhelst, Hem zich toeëigent en niets meer buiten Hem zoekt (artikel 22) - doet een mens 'leven in een nieuw leven'. En het is 'onmogelijk dat dit heilig geloof in de mens niets zou uitwerken. Wij spreken immers (...) van geloof waarvan de Schrift zegt, dat het door de liefde werkt (Gal. 5:6).' Het is duidelijk dat de heiliging en de rechtvaardiging alles met elkaar te maken hebben. Zoals John Piper het formuleert in zijn boek Toekomstige Genade (op bijv. blz. 178): Rechtvaardigmakend geloof is heiligmakend geloof.
Daarom is er geen sprake van dat dit rechtvaardigend geloof de mensen onverschillig zou maken voor een vroom en heilig leven. Integendeel, zonder dit geloof zullen zij nooit iets doen uit liefde tot God, maar alleen uit liefde tot zichzelf en uit vrees veroordeeld te worden. Het is dan ook onmogelijk dat dit heilig geloof in de mens niets zou uitwerken. Wij spreken immers niet van een onvruchtbaar geloof, maar van geloof waarvan de Schrift zegt, dat het door de liefde werkt (Gal. 5:6). Het beweegt de mens ertoe, zich te oefenen in de werken die God in zijn Woord geboden heeft. Als deze werken voortkomen uit de goede wortel van het geloof, zijn ze goed en voor God aangenaam, omdat zij alle door zijn genade geheiligd zijn.
Vorig jaar heb ik in de aanloop naar Kerst een tiental posts geschreven over enkele gedeelten uit de Messiah van Händel. Ik schreef toen op 2 november 2007: 'Hoewel het officieel nog geen Advent is, wil ik de komende tijd al wel graag toeleven naar Kerst en me daarbij richten op Christus, het licht voor de wereld, in wie God zijn heerlijkheid heeft getoond.' De gedeelten waar ik toen over heb geschreven betreffen het eerste gedeelte van de Messiah. In dat gedeelte komen verschillende Oud-testamentische beloften en aankondigingen met betrekking tot de komst van de Messias aan bod. Heel geschikt voor de Adventstijd dus.
Hieronder vind je alle posts die ik toen heb geschreven:
Jaren geleden leerde ik dat zinnetje op catechisatie: 'verzoening door voldoening'. Ik moet er weer aan denken nu ik het bericht in het ND gelezen heb dat ds. Ton de Ruiter uit het ambt van predikant is ontheven, omdat hij niet meer achter de gereformeerde rechtvaardigingsleer kan staan.
Het zou best kunnen dat er door dit bericht hier in Nederland een discussie over de leer van de verzoening en de rechtvaardiging losbarst. In Engeland en Noord-Amerika speelt deze discussie al zo'n jaar of vier. En ik denk dat we daar veel van kunnen leren. Op de weblog van de Engelse christen-blogger Adrian Warnock wordt er veel aandacht aan besteed. De discussie begon in 2004 met het boek The Lost Message of Jesus van Steve Chalke waarin hij sprak over de leer van de verzoening door voldoening als een 'cosmic child abuse'.
In reactie daarop verscheen het boek Pierced For Our Transgressions van Steve Jeffery, Mike Ovey en Andrew Sach (met een voorwoord van John Piper), dat de klassieke leer van de verzoening door voldoening verdedigt. Iemand als N.T. Wright (laatst nog geïnterviewd in het ND) heeft echter dit boek als onbijbels aangeduid. Wright heeft ook wel kritiek geleverd op Chalke en lijkt zo een soort midden-positie in te nemen, maar staat in feite toch dichter bij Chalke.
John Piper heeft op zijn beurt gereageerd op Wright in zijn boek de The Future of Justification. Daarin gaat Piper in op de vraag of de gerechtigheid van Christus ons wordt toegerekend of niet. Dat lijkt op het eerste gezicht een andere discussie, maar het heeft alles te maken met de vraag wat er aan het kruis is gebeurd. En dat is de vraag die ook Ton de Ruiter stelt.
Ton de Ruiter stelt: 'Kernvraag voor mij is: Kan God alleen maar vergeven als er plaatsvervangend betaald wordt? Dat raakt de vraag wat deed Jezus op Golgota voor mij?' Hij vraagt zich af: 'Wordt Gods genade minder als hij vergeeft 'om niet'?' De vraag is echter wat er bedoeld wordt met 'vergeven om niet'. Ja, ons kost het niets, maar het kostte Christus zijn leven. Piper laat zien dat de grond van onze rechtvaardiging gelegen is in Christus' gerechtigheid die ons door het geloof in Hem wordt toegerekend. Dat is meer dan louter vergeving. Ik citeer John Piper:
De rechtvaardig verklaring in de rechtszaal van God is niet louter vergeving; het is niet louter de status van kwijtschelding; het is de aangeklaagde als moreel rechtvaardig rekenen hoewel hij dat in zichzelf niet is.Overigens vraag ik me af of Ton de Ruiter het werk van John Piper kent. De Ruiter is erg bezig geweest met de verhouding tussen rechtvaardiging en heiliging en juist van John Piper - ik denk bijv. aan Piper's boek Toekomstige Genade - heb ik zoveel geleerd over de verhouding tussen die twee.
... laat deze leerkwestie voor ons allemaal ook een aanleiding mogen zijn om ons opnieuw te verdiepen in Gods eigen Woord. Om opnieuw te verwoorden en te beleven wat we geloven als we zeggen dat Christus voor onze zonden is gestorven aan het kruis. Bijbelse en theologische uitdrukkingen en zinswendingen kunnen door veelvuldig gebruik sleets worden, kunnen een geruststellend effect krijgen waardoor ze niet meer werkelijk effectief zijn. Laat weer ervaarbaar mogen worden dat het Woord van God levend en krachtig is, en scherper dan een tweesnijdend zwaard.Lees meer...
(zie blog.josdouma.nl, Geen predikant meer geschreven op 18 november 2008)
Zwijg voor de HEERE
en verwacht Hem;
wind u niet op over hem wiens weg voorspoedig is,
over een man die listige plannen uitvoert.
Psalm 37:7 HSV
Voor alles theoloog blijven. Daarvoor waarschuwde ds. Lam ondanks zijn waardering voor een psychologische insteek van de predikkunde. „Als we zouden moeten kiezen tussen de vakken klinische psychologie en Latijn, dan valt de keuze toch op het laatste vak. Bovendien staat of valt een goede preek, een preek die overkomt en zondaren bekeert, niet met een goede psychologie, maar wel met een goede theologie.”
Het „pijn doen” van preken roept vragen op bij de aanwezige predikanten. Wat als gemeenteleden zich aan een waarschuwende preek ergeren en ’s zondags wegblijven? Ds. Lam erkent dat een oordelende preek wel bij het tekstgedeelte moet passen en geen „loopje” mag worden. „Als je uit je eigen aanvechting en verlegenheid erover preekt, heb ik het gevoel dat er iets met mensen gebeurt. En natuurlijk is een scherpe preek iets anders dan een botte preek.”
Drs. P. J. Vergunst, algemeen secretaris van de Bond, vult aan dat mensen op zondagochtend niet hun bed uitkomen om in de kerk te horen dat ze onbezorgd mogen verder leven. „Confronteren is eerlijk zijn. Daar is de samenleving aan toe.”Geciteerd uit het Reformatorisch Dagblad van vandaag dat verslag doet van de predikantencontio van het noorden van de Gereformeerde Bond. Lees meer...
Wentel uw weg op de HEERE
en vertrouw op Hem: Hij zal het doen.
Hij zal uw gerechtigheid doen opkomen als het morgenlicht,
uw recht laten stralen als de middagzon.
Psalm 37:5-6 HSV
John Piper geeft een mooi citaat van C.S. Lewis op zijn blog. Voor hen die het engels niet machtig zijn, een (wat vrije vertaling) van mijn hand:
Heb je ooit iemand ontmoet, of van iemand gehoord, die bekeerd is van het scepticisme (of atheïsme) tot een 'vrijzinnig' of 'ge-ontmythologiseerd' christendom? Ik denk dat als ongelovigen al binnenkomen, ze meteen een heel eind verder binnenkomen. (Brieven aan Malcolm over het gebed)Lees meer...
In het Reformatorisch Dagblad staat een mooi artikel van Mark Driscoll, predikant van Mars Hill Church in Seattle (VS), naar aanleiding van de presidentsverkiezingen in Amerika. Hij stelt in dat artikel:
De verkiezingscampagne (...) heeft een bijzonder inzicht gegeven in de honger naar het Evangelie die diepgeworteld is in het hart van mensen die naar Gods beeld zijn geschapen.Nieuwsgierig? Lees het artikel. Lees meer...
Gisteren schreef ik een post met de titel Blijde boodschap en oordeel. Vandaag las ik in de bijlage Het Katern van het Nederlands Dagblad een artikel dat daar precies op aansluit. Dr. B. Wentsel, protestants emeritus predikant te Den Haag, schrijft daar onder de titel Niet naar de eeuwige verdoemenis behartenswaardige dingen. Hieronder een korte samenvatting.
Wentsel begint met de constatering dat veel moderne gelovigen 'hun kop in het zand' steken als het gaat om de realiteit van de hel. Ze zeggen: 'Hemel en hel zijn sprookjes, (...) er is echt helemaal niets'. Maar de Bijbel leert anders. En dat geeft gelovigen een grote verantwoordelijkheid naar ongelovigen toe. Wentsel noemt drie manieren waarop je een ongelovige of zoeker niet helpt:
Maar hoe helpen we ongelovigen dan wel? Wentsel noemt vier punten:
Sinds de zomervakantie beluister ik elke dag onderweg naar mijn werk in de auto een preek uit de prekenserie over het bijbelboek Hebreeën van John Piper. Afgelopen dinsdag ging het over Hebreeën 10:26-31. Een zeer confronterend stukje uit de Bijbel! Het gaat daar o.m. over oordeel en verzengend vuur (vers 27). En het eindigt met de woorden: 'Vreselijk is het te vallen in de handen van de levende God.'
Ik wil een paar woorden uit de preek van John Piper doorgeven. Belangrijke woorden die naar mijn idee inzicht geven in de tijd waarin we leven. Zo zegt hij dat we tegenwoordig geloven ...
... dat de enig goede motivatie ontstaat door te horen over genade en niet [door te horen] over oordeel. En stapje voor stapje laten wij deze overtuiging over motivatie (zo onbijbels als deze overtuiging is) binnensluipen in onze kijk op God zelf, totdat we [in ons denken] geen categorieën meer hebben om een God, wiens toorn een verzengend vuur is tegen zondaren, te begrijpen, laat staan lief te hebben. Maar de schrijver van dit boek Hebreeën zal zich niet stil houden over de toorn van God.Toen ik dit hoorde moest ik denken aan Te Velde die tijdens een lezing met de titel Met overtuiging gereformeerd! over onze spiritualiteit zei:
Beseffen we dat het Woord een tweesnijdend zwaard is? Dat de prediking niet alleen voordeel aan de gelovigen toezegt, maar ook oordeel aan de ongelovigen?Inderdaad, ik merk het om heen. We vinden het niet prettig te (moeten) horen over oordeel en de toorn van God. We hebben veel liever een liefdevolle God. We horen liever over genade. Maar dan dringt de vraag zich op wat nu precies het evangelie is. Evangelie betekent blijde boodschap, goed nieuws. Maar wat maakt het nu zo goed en verheugend nieuws? Bevrijding van gebrokenheid? Hulp in moeilijke situaties? Ja, dat ook. Maar je kunt het oordeel van God en zijn toorn daarbij niet ongenoemd laten. De gebrokenheid die we ervaren en de moeiten waarin we leven zijn namelijk zelf een oordeel van God. God zelf heeft deze schepping aan de zinloosheid onderworpen (Romeinen 8:20). Hij heeft de aardbodem vervloekt (Genesis 3:17, 5:29), als gevolg van de zonde.
De liefde van God voorzietLees meer...
in het ontkomen aan de toorn van God
door de Zoon van God te offeren
om de glorie van God te rechtvaardigen
als Hij zondaren vergeeft.
Dat is het evangelie. Het evangelie van Jezus Christus - de essentie van het christendom - slaat helemaal nergens op als de toorn van God er buiten wordt gelaten. Als er geen toorn is en geen oordeel om aan te ontsnappen, dan is Christus vergeefs geofferd.
Maar Hij is niet vergeefs gestorven. Hij stierf zodat jij en ik en iedereen die op Hem vertrouwt zou worden gered van de toorn van God en eeuwig leven zou hebben in de liefde van God - in het vredige oog van de orkaan van zijn heilige toorn. Dus noch zijn liefde, noch zijn toorn vertelt het hele verhaal over hoe God is. Hij is beide, en ze zijn niet even belangrijk, omdat Hij voor zondaren een weg gebaand heeft om aan zijn toorn te ontkomen en te genieten van zijn liefde. Zijn heerlijkheid schijnt het helderst, niet in het vuur van zijn toorn, maar in de heldere, warme, vredige briesen van zijn liefde boven een oneindig verdiende ondergang.
Vertrouw op de HEERE en doe het goede;
bewoon de aarde en voed u met trouw.
Schep vreugde in de HEERE,
dan zal Hij u geven wat uw hart wenst.
Psalm 37:3-4 HSV
Een psalm van David.
Wind u niet op over de boosdoeners,
benijd niet wie onrecht doen.
Want snel als gras zullen zij verdorren,
als groene grasscheutjes zullen zij verwelken.
Psalm 37:1-2 HSV
Nu brengt de godsdienst ongetwijfeld grote winst voor wie tevreden is met wat hij heeft.
Want God heeft ons niet een geest geschonken van vreesachtigheid, maar van kracht, liefde en bezonnenheid.
1 Timotheüs 6:6 en 2 Timotheüs 2:7 WV95
Een kort maar krachtig filmpje van Desiring God met de titel James 3 (Jakobus 3):
De vreze des HEEREN is rein,
zij bestaat tot in eeuwigheid;
de rechten van de HEERE zijn waarachtig,
zij zijn rechtvaardig, allemaal.
Zij zijn begerenswaardiger dan goud,
ja, dan veel zuiver goud;
en zoeter dan honing en
honing zo uit de raat.
Ook wordt Uw knecht daardoor onderwezen,
in het houden ervan ligt groot loon.
Psalm 19:10-12 HSV
De wet van de HEERE is volmaakt,
zij bekeert de ziel;
de getuigenis van de HEERE is betrouwbaar,
zij geeft de onverstandigen wijsheid.
De bevelen van de HEERE zijn recht,
zij verblijden het hart;
het gebod van de HEERE is zuiver,
het verlicht de ogen.
Psalm 19:8-9 HSV
Afgelopen woensdagavond heb ik in Ermelo een lezing van prof. dr. M. te Velde mogen bijwonen. (Voor wie prof. dr. M. te Velde niet kent: hij is hoogleraar Nederlandse Kerkgeschiedenis na 1800, Kerkrecht en Gemeenteopbouw aan de Theologische Universiteit van de Gereformeerde Kerken (Vrijgemaakt) in Nederland.) De titel van zijn lezing was Met overtuiging gereformeerd! Een boeiende lezing. Hieronder volgt een verslag.
De lezing van Te Velde staat tegen de achtergrond van de ontwikkelingen binnen de Gereformeerde Kerken Vrijgemaakt (GKv) - de kerk waar ik lid van ben - in de laatste 20 jaar. De GKv zijn de laatste decennia flink in beweging en iedereen in de GKv vindt daar wel iets van. Dit alles leidt echter voor veel mensen tot verwarring: Wat is gereformeerd precies? Hoe kun je tussen al die ontwikkelingen en die beweging de weg vinden? Welke koers moeten we varen? Te Velde gaf aan dat zijn verhaal niet zozeer een uitputtende analyse geeft van de kerkelijke situatie, maar dat hij veeleer signalen en impulsen wil geven, waar de hoorders vervolgens zelf mee aan de slag kunnen. Hij koos daarbij deze aanpak:
Breedheid in de gereformeerde overtuiging
Te Velde benadrukte dat de gereformeerde overtuiging theologisch-inhoudelijk gezien een bréde overtuiging is en dat juist die breedheid een unieke en vitale kracht is. De gereformeerde theologie spreekt over allerlei onderwerpen, zoals: over God, over de wereld, over de mens, over het heil, over de kerk, en over de toekomst. Als het bijvoorbeeld gaat over God, dan komt die breedheid naar voren in hoe er over God gesproken wordt, zoals in de belijdenissen. God wordt als een veelkleurige God gezien, omdat de Bijbel ook zo breed over God spreekt.
Ook gaf Te Velde het voorbeeld van de leer over de Heilige Geest. Het werk van de Geest heeft in de gereformeerde theologie vijf 'provincies', namelijk: de schepping, de openbaring van God door profeten en Christus in de Bijbel, de heilsorde (verkiezing, roeping, wedergeboorte, geloof, rechtvaardiging, heiliging, volharding, verheerlijking), de kerk, de laatste dingen (denk aan de Geest als vuur van oordeel). Gaat het nu in discussies over de bijzondere geestesgaven, dan valt dat in de vierde provincie: de Heilige Geest en de kerk. En daarbinnen zijn de bijzondere geestesgaven (als tongentaal etc.) weer een klein onderdeel. Het is dus goed om in allerlei discussies oog te hebben voor die breedheid om te zien hoe de dingen op hun plaats kunnen vallen.
De gereformeerde overtuiging biedt dus veel antwoorden op allerlei grote vragen. Te Velde benadrukte dat het goed is dat we weer een helder zicht krijgen op deze breedheid en dat we dat (weer gaan) uitdragen. Vanuit het perspectief van deze breedheid kun je zeggen dat echt gereformeerd te omschrijven is als katholiek, én evangelisch, én christelijk.
Profiel van de GKv
Vervolgens sprak prof. Te Velde over het profiel van de GKv, als het profiel op een autoband. De laag onder het profiel is die brede gereformeerde overtuiging die we met velen delen (ook met velen die zich niet gereformeerd noemen). Maar daarbovenop hebben we als GKv een eigen profiel gekregen. Dat profiel uit zich in onder meer:
Hij tekende bij dit alles aan dat dit profiel waardevol is, maar tegelijk onaf en ook in beweging. We moeten nooit denken dat we alles al weten. Er zijn best zaken die mogen wegslijten, terwijl andere dingen benadrukt zouden mogen worden. Zo zou in deze tijd misschien de nadruk op het Bijbelse huwelijk een profieltrek moeten/kunnen worden. Of missionaire kerk zijn.
Bandbreedte van de gereformeerde overtuiging
Binnen de gereformeerde overtuiging zijn grofweg drie stromingen te onderscheiden:
Te Velde benadrukte het gevaar voor hoe we omgaan met die verschillen. We hebben zoveel last van concurrentiedenken, wat leidt tot splitsingen. Bavinck waarschuwde daar al voor. In de afgelopen eeuwen bestonden deze drie stromingen naast elkaar in de gereformeerde kerk. We moeten dus oog houden voor de breedheid van de gereformeerde overtuiging. Ook de bevindelijk en evangelisch gereformeerden zijn welkom.
Zelfbeproeving
Tegen deze achtergrond pleitte Te Velde voor een stuk zelfbeproeving. Wel gaf hij aan dat hij eerst wilde stil staan bij al het goede dat we als GKv ontvangen hebben. Er is sprake van een groot potentieel gelet op het onderwijs op de scholen, en de huiselijke eredienst. Er is veel liefde voor de bruid van Christus. Er is kritiek, maar we schrijven elkaar niet meteen weg. We leggen de nadruk op 'een klein begin' (HC. zd. 44), we zijn dus niet perfectionistisch. We zoeken onze zekerheid alleen in God. Mooie punten. Toch is zelfonderzoek noodzakelijk.
Wat betreft de leer constateerde Te Velde:
Wat betreft onze spiritualiteit, onze godsvrucht, onze omgang met God was Te Velde best scherp: Christus als gekruisigde staat niet centraal. Hij vroeg zich af: Kennen we de diepte van het 'Ik ellendig mens'? Beseffen we dat het Woord een tweesnijdend zwaard is? Dat de prediking niet alleen voordeel aan de gelovigen toezegt, maar ook oordeel aan de ongelovigen? We zoeken het in oppervlakkige beleving als compensatie, met het risico dat we zelf ook oppervlakkig worden. We leven in twee werelden wat betreft de leer en het leven. Ook is er sprake van een uitholling van de huiselijke eredienst.
Wat betreft het kerk-zijn, zijn we een verzakelijkte kerk, een onderwerpen-kerk, een touwtrek-kerk geworden. Het gevolg is dat we weinig missionair zijn. We hebben geen oog (meer) voor de mensen om ons heen die verloren gaan omdat we zo druk met van alles en nog wat zijn. De een richt zich op conservering, een ander is bezig met zelfrealisatie (ik haal mijn portie wel hier en daar, bij die en die dominee, voorganger etc.). Dit leidt tot een uiteenvallen van verbanden en er ontstaat apathie. Er is gebrek aan koers en elan.
Perspectief
Waar moet het dan naar toe? Te Velde riep op om terug te keren naar de 'basics'. Hij vatte dat samen met het woord 'ontmoeting'. Hij gaf Hosea 2 als voorbeeld, waar God Israël naar de woestijn roept, zodat het volk niet afgeleid zou worden, maar alle aandacht kon richten op God. Concreet betekent dit: de Bijbel open. Als dat gebeurt dan verbleken daarbij allerlei belangrijk geachte onderwerpen waarover we met elkaar willen discussiëren. Als de Bijbel open gaat dan komt Gods adem, zijn Geest je tegemoet. Je wordt gevormd naar het beeld van Christus, je krijgt zijn 'mindset'.
In dit perspectief wordt de kerk een plaats van Woord en antwoord, een centrale van genade, heil en kracht, en gaat het om de ontmoeting met God en met elkaar. Met daarbij directheid en liefde als kenmerken. Ook directheid: want we spreken zo vaak indirect, bijvoorbeeld we vragen vaker 'Geef dat wij U liefhebben', dan dat we zeggen: 'We hebben U lief'. En bij dit alles mag de kerk een eenheid in verscheidenheid zijn.
In plaats van een onderwerpen-kerk moeten we ons erop richten een weerklank-kerk te zijn: als kerk zijn we geroepen tot antwoorden, met zorgvuldigheid en diepgang, op vragen die nú gesteld worden. Daarbij moeten we beseffen dat we kerk zijn in drie krachtenvelden: de Schrift, de kerk, en de leefwereld. Bij dit alles is diepgang en vernieuwde toewijding (verbondsvernieuwing) nodig. Zo kunnen we met overtuiging gereformeerd zijn!
Voor wie de lezing van Te Velde eens wil horen kan ook terecht op www.winterlezingen.nl. Op 16 januari 2007 heeft hij op hoofdlijnen dezelfde lezing gehouden in Ten Boer. Deze lezing kun je via internet beluisteren, je kunt hem ook downloaden (en eventueel op een CD branden voor in de auto). Een aanrader!
Ik vond het weer eens tijd voor een nieuw uiterlijk van volgeling's kijk. Even wat rondstruinen op internet en zoeken op 'blogger templates' leverde me een keur aan templates op om uit te kiezen. Het is Outdoor geworden. Naar mijn idee een elegant template met frisse en aantrekkelijke kleuren.
Tegelijk leek het me goed na tweeëneenhalf jaar de titel en ondertitel van mijn weblog aan te passen. Vanaf nu heet deze weblog eenvoudig: volgeling. Met als korte, maar krachtige ondertitel: Het oog gericht op Jezus. Dat korte zinnetje is afgeleid van Hebreeën 12:1-2, waar in de Herziene Statenvertaling staat:
Welnu dan, laten ook wij, nu wij door zo'n menigte van getuigen omringd worden, afleggen alle last en de zonde die ons zo gemakkelijk verstrikt. En laten wij met volharding de wedloop lopen die voor ons ligt, terwijl wij het oog gericht houden op Jezus, de Leidsman en Voleinder van het geloof. Hij heeft om de vreugde die Hem in het vooruitzicht was gesteld, het kruis verdragen en de schande veracht en zit nu aan de rechterzijde van de troon van God.Het oog gericht op Jezus. De afgelopen weken ben ik er op een aantal manieren bij bepaald hoe belangrijk dat is.
Gods weg is volmaakt,
de woorden van de HEERE zijn gelouterd,
Hij is een schild voor allen die op Hem vertrouwen.
Want wie is God, behalve de HEERE!
Wie is een rots dan alleen onze God!
Psalm 18:31-32 HSV
Als er geen hout meer is, dooft het vuur,
als de lasteraar verdwijnt, eindigt de ruzie.
Spreuken 26:20 NBV
Wij echter behoren niet tot degenen die terugdeinzen en ten onder gaan, maar tot hen die door hun geloof behouden blijven.
Een goede naam is te verkiezen boven grote rijkdom, waardering boven zilver en goud.
Hebreeën 10:39 & Spreuken 22:1 NBV
Wij geloven dat God de mens uit het stof van de aarde geschapen heeft1 en hem gemaakt en gevormd heeft naar zijn beeld en gelijkenis: goed, rechtvaardig en heilig2, zodat hij met zijn wil in alles overeen kon stemmen met de wil van God. Maar toen de mens in die eervolle positie verkeerde, heeft hij er geen acht op geslagen en zijn bevoorrechte plaats niet erkend. Hij heeft zich, door gehoor te geven aan het woord van de duivel, willens en wetens aan de zonde onderworpen en daarmee aan de dood en de vervloeking3. Want het gebod ten leven dat hij ontvangen had, heeft hij overtreden en door zijn zonde heeft hij de gemeenschap met God, die zijn ware leven was, verbroken. Zo heeft hij zijn hele natuur verdorven en daarmee de lichamelijke en geestelijke dood verdiend4. Doordat hij in al zijn doen en laten goddeloos, verkeerd en ontaard is geworden, heeft hij alle voortreffelijke gaven die hij van God had ontvangen, verloren5. Hij heeft daarvan niets overgehouden dan geringe sporen, die niettemin voldoende zijn om de mens iedere verontschuldiging te ontnemen6. Al het licht in ons is immers in duisternis veranderd7, zoals de Schrift ons leert: Het licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet gegrepen (Joh 1:5). Hier noemt de apostel Johannes de mensen duisternis. Daarom verwerpen wij al wat men in strijd hiermee leert over de vrije wil van de mens, omdat de mens slechts een slaaf van de zonde is en niets kan aannemen, of het moet hem uit de hemel gegeven zijn (Joh 3:27). Want wie zal zich erop beroemen uit eigen kracht iets goeds te kunnen doen, daar Christus immers zegt: Niemand kan tot Mij komen, tenzij de Vader, die Mij gezonden heeft, hem trekt (Joh 6:44)? Wie zal wijzen op zijn eigen wil, als hij weet dat de gezindheid van het vlees vijandschap is tegen God (Rom 8:7)? Wie zal de moed hebben te spreken over eigen kennis, wanneer hij inziet dat een ongeestelijk mens niet aanvaardt wat van Gods Geest is (1 Kor 2:14)? Kortom, wie zal ook maar één eigen denkbeeld naar voren brengen, wanneer hij weet dat wij niet bekwaam zijn iets uit onszelf te denken, maar dat onze bekwaamheid Gods werk is (2 Kor 3:5)?Het is goed om de artikelen van de Nederlandse Geloofsbelijdenis niet los van elkaar te lezen. Ze staan niet voor niets in een bepaalde volgorde. De eerste elf artikelen gingen over God zelf, wie Hij is, en hoe Hij is. Artikel 12 ging over de schepping en zo maakten we een start met het nadenken over en het bewonderen van Gods daden. Artikel 13 liet zien dat God soeverein is en tegelijkertijd goed. Niets gaat buiten Hem om. Hij leidt en regeert alle dingen overeenkomstig zijn heilige wil op zo'n manier 'dat in deze wereld niets gebeurt zonder zijn beschikking'. Duidelijk blijkt dan in artikel 14 dat God de mens heeft gewild. Wij zijn geen resultaat van toeval. God zelf heeft ons gemaakt.
Daarom hoort het woord van de apostel onwrikbaar vastgehouden te worden, dat het God is die om zijn welbehagen zowel het willen als het werken in ons werkt (Fil 2:13). Want geen kennis of wil is in overeenstemming met die van God, als Christus ze niet in de mens tot stand heeft gebracht, zoals Hij ons leert met de woorden: Zonder Mij kunt gij niets doen (Joh 15:5).
1
toen formeerde de HERE God de mens van stof uit de aardbodem en blies de levensadem in zijn neus; alzo werd de mens tot een levend wezen. (Gen 2:7)
in het zweet uws aanschijns zult gij brood eten, totdat gij tot de aardbodem wederkeert, omdat gij daaruit genomen zijt; want stof zijt gij en tot stof zult gij wederkeren. (Gen 3:19)
en het stof wederkeert tot de aarde, zoals het geweest is, en de geest wederkeert tot God, die hem geschonken heeft. (Pred 12:7)
2
En God zeide: Laat Ons mensen maken naar ons beeld, als onze gelijkenis, opdat zij heersen over de vissen der zee en over het gevogelte des hemels en over het vee en over de gehele aarde en over al het kruipend gedierte, dat op de aarde kruipt. En God schiep de mens naar zijn beeld; naar Gods beeld schiep Hij hem; man en vrouw schiep Hij hen. (Gen 1:26,27)
en de nieuwe mens aandoet, die naar (de wil van) God geschapen is in waarachtige gerechtigheid en heiligheid (Ef 4:24)
en de nieuwe aangedaan hebt, die vernieuwd wordt tot volle kennis naar het beeld van zijn Schepper (Kol 3:10)
3
Tot de vrouw zeide Hij: Ik zal zeer vermeerderen de moeite uwer zwangerschap; met smart zult gij kinderen baren en naar uw man zal uw begeerte uitgaan, en hij zal over u heersen. En tot de mens zeide Hij: Omdat gij naar uw vrouw hebt geluisterd en van de boom gegeten, waarvan Ik u geboden had: Gij zult daarvan niet eten, is de aardbodem om uwentwil vervloekt; al zwoegende zult gij daarvan eten zolang gij leeft, en doornen en distelen zal hij u voortbrengen, en gij zult het gewas des velds eten; in het zweet uws aanschijns zult gij brood eten, totdat gij tot de aardbodem wederkeert, omdat gij daaruit genomen zijt; want stof zijt gij en tot stof zult gij wederkeren. (Gen 3:16-19)
Daarom, gelijk door één mens de zonde de wereld is binnengekomen en door de zonde de dood, zo is ook de dood tot alle mensen doorgegaan, omdat allen gezondigd hebben; (Rom 5:12)
4
maar van de boom der kennis van goed en kwaad, daarvan zult gij niet eten, want ten dage, dat gij daarvan eet, zult gij voorzeker sterven. (Gen 2:17)
Ook u, hoewel gij dood waart door uw overtredingen en zonden (Ef 2:1)
verduisterd in hun verstand, vervreemd van het leven Gods om de onwetendheid, die in hen heerst, om de verharding van hun hart. (Ef 4:18)
5
De HERE kent de gedachten der mensen: ijdelheid zijn zij. (Ps 94:11)
gelijk geschreven staat: Niemand is rechtvaardig, ook niet één (Rom 3:10)
Want de gezindheid van het vlees is de dood, maar de gezindheid van de Geest is leven en vrede. (Rom 8:6)
6
Want hetgeen van Hem niet gezien kan worden, zijn eeuwige kracht en goddelijkheid, wordt sedert de schepping der wereld uit zijn werken met het verstand doorzien, zodat zij geen verontschuldiging hebben. Immers, hoewel zij God kenden, hebben zij Hem niet als God verheerlijkt of gedankt, maar hun overleggingen zijn op niets uitgelopen, en het is duister geworden in hun onverstandig hart. (Rom 1:20,21)
7
Want gij waart vroeger duisternis, maar thans zijt gij licht in de Here; wandelt als kinderen des lichts (Ef 5:8)
Let er op, broeders, dat er niet op enig moment in iemand van u een verdorven hart zal zijn, vol ongeloof, om daardoor af te vallen van de levende God, maar vermaan elkaar elke dag, zolang men van een heden kan spreken, opdat niemand van u verhard zal worden door de verleiding van de zonde.
Hebreeën 3:12-13 HSV
Juich voor de HEERE, heel de aarde,
dien de HEERE met blijdschap,
kom voor Zijn aangezicht met vrolijk gezang.
Weet dat de HEERE God is;
Hij heeft ons gemaakt – en niet wij –
Zijn volk en de schapen van Zijn weide.
Psalm 100:1-3 HSV
Weer terug na een heerlijke vakantie. Hieronder een kleine impressie van het mooie Zuid-Limburg.
Volgende week zaterdag hopen we op vakantie te gaan. We willen 3 weken lekker gaan kamperen, dit keer in het zuiden van Limburg. Op deze blog neem ik de hele maand augustus vrij. Ik hoop in september hier weer verder te gaan. Gods zegen en een goede tijd!
Lees meer...Geef de HEERE de eer van Zijn Naam,
breng offers en kom in Zijn voorhoven.
Aanbid de HEERE in Zijn heerlijk heiligdom;
beef voor Zijn aangezicht, heel de aarde.
Zeg onder de heidenen: De HEERE regeert;
ja, vast staat de wereld, zij zal niet wankelen;
Hij zal de volken rechtvaardig oordelen.
Psalm 96:8-10 HSV
Want de HEERE is groot en zeer te prijzen,
Hij is ontzagwekkend boven alle goden.
Want al de goden van de volken zijn afgoden,
maar de HEERE heeft de hemel gemaakt.
Majesteit en heerlijkheid zijn voor Zijn aangezicht,
sterkte en luister in Zijn heiligdom.
Geef de HEERE, geslachten van de volken,
geef de HEERE eer en sterkte.
Psalm 96:4-7 HSV
Zing voor de HEERE een nieuw lied,
zing voor de HEERE, heel de aarde.
Zing voor de HEERE, loof Zijn Naam,
breng de boodschap van Zijn heil van dag tot dag.
Vermeld onder de heidenen Zijn eer,
onder alle volken Zijn wonderen.
Psalm 96:1-3 HSV
U echter bent een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterdom, een heilige natie, een volk tot een eigendom, opdat u de deugden verkondigt van Hem die u uit de duisternis heeft geroepen tot zijn wonderbaar licht, u die vroeger geen volk was, maar nu Gods volk bent, die aan geen barmhartigheid deel had, maar nu barmhartigheid hebt verkregen.
1 Petrus 2:9-10 Telos
Maar u slaat een hoge toon aan en bent daar nog trots op ook. Dat soort trots is volkomen ongepast. Als iemand weet hoe het hoort maar er niet naar handelt, dan zondigt hij.
Jakobus 4:16-17 NBV
Werp uw zorg op de HEERE,
en Hij zal u onderhouden;
Hij zal in eeuwigheid niet toelaten
dat de rechtvaardige wankelt.
Psalm 55:23 HSV
Hij Die in u is, is groter dan hij die in de wereld is.
Wat buigt u zich neer, mijn ziel,
en wat bent u onrustig in mij?
Hoop op God, want ik zal Hem weer loven;
voor de verlossende daden van mijn aangezicht en mijn God.
1 Johannes 4:4b en Psalm 42:12 HSV
Bedenk toch hoe groot de liefde is die de Vader ons heeft geschonken! Wij worden kinderen van God genoemd, en dat zijn we ook. Dat de wereld ons niet kent, komt doordat de wereld hem niet kent. Geliefde broeders en zusters, wij zijn nu al kinderen van God. Wat we zullen zijn is nog niet geopenbaard, maar we weten dat we aan hem gelijk zullen zijn wanneer hij zal verschijnen, want dan zien we hem zoals hij is.
1 Johannes 3:1-2 NBV
De standvastige is veilig bij u,
vrede is er voor wie op u vertrouwt.
Vertrouw altijd op de HEER, alleen op hem,
want de HEER is een rots sinds mensenheugenis.
Jesaja 26:3-4 NBV
Laatst heb ik een boekenbon besteed aan het zeer bijzondere boek Brieven uit de hel van C.S. Lewis. Het boek is opgezet als een serie brieven van een leraar-demon aan een leerling-demon. De leerling Galsem staat om zo te zeggen nog aan begin van zijn carrière. Zijn oom Schroeflik brengt hem de 'kneepjes van het vak' bij. In het voorwoord waarschuwt Lewis de lezer: 'De lezer dient steeds te bedenken dat de duivel een leugenaar is. Niet alles wat Schroeflik zegt moet als waarheid worden opgevat, zelfs niet vanuit zijn eigen gezichtspunt.' Tegelijk is het wel een boek dat inzicht geeft in de geestelijke strijd waar elke christen mee te maken heeft. Zo vond ik het volgende stukje erg verhelderend: (als je Brieven uit de hel niet kent: de 'patiënt' is de christen en de 'Vijand' is God)
Hier is een belangrijke geestelijke wet in het spel. Ik heb al uitgelegd dat je zijn gebed kunt verzwakken door zijn aandacht te verleggen van de Vijand naar zijn eigen houdingen tegenover de Vijand. Anderzijds wordt angst beter beheersbaar wanneer de patiënt zijn gedachten laat afleiden van het angstwekkende naar de angst, beschouwd als een ongewenste eigen innerlijke toestand op dat ogenblik; en als hij zijn angst ziet als het kruis dat hij moet dragen, dan zal hij de angst onvermijdelijk als een innerlijke toestand zien. Zo komen we tot de volgende algemene regel: bij alle geestelijke activiteit die in ons voordeel is dienen wij egocentrisme bij de patiënt te bestrijden en zijn aandacht op de zaak te vestigen, maar bij alle activiteit in het voordeel van de Vijand dienen wij de gedachten op zichzelf te richten. Zorg dat een belediging of een vrouwenlichaam zijn aandacht zozeer naar buiten richt dat hij niet bedenkt: 'Nu betreed ik de toestand die Woede heet' of: 'de toestand die Wellust heet'. Zorg daarentegen dat de gedachte 'Nu krijg ik een vroom gevoel' of: 'eens menslievend gevoel' zijn aandacht zozeer naar binnen stuurt dat hij niet langer naar buiten kijkt om de Vijand of zijn naaste te zien.Lees meer...
Brieven uit de hel, blz. 31
Charme is bedrieglijk en schoonheid vergaat,
maar een vrouw met ontzag voor de HEER moet worden geprezen.
Spreuken 31:30 NBV
Als dan uw vijand honger heeft, geef hem te eten, als hij dorst heeft, geef hem te drinken, want door dat te doen, zult u vurige kolen op zijn hoofd hopen. Word niet overwonnen door het kwade, maar overwin het kwade door het goede.
Romeinen 12:20-21 HSV
'Als God eenvoudig een eind had gemaakt aan Satan, dan zou het niet zo duidelijk zijn geweest dat God niet alleen sterker maar oneindig veel aantrekkelijker is dan Satan. (...) Zondaars uit Satans handen te rukken - door de verdienste van Christus' zondendragende offer en zijn wetvervullende gehoorzaamheid aan de wil van de Vader - was een glorieuzere overwinning dan alleen vernietiging van de vijand.'
John Piper in Jezus zien en ervaren en intens van Hem genieten, blz. 85
Vergeld niemand kwaad met kwaad. Behartig wat goed is voor alle mensen. Houd, zo mogelijk, voor zover het van u afhangt, vrede met alle mensen. Wreek uzelf niet, geliefden, maar laat ruimte voor de toorn van God, want er staat geschreven: Mij komt de wraak toe, Ik zal het vergelden, zegt de Heere.
Romeinen 12:17-19 HSV
Zegen wie u vervolgen. Zegen hen en vervloek hen niet. Verblijd u met de blijden en ween met de wenenden. Wees eensgezind onder elkaar. Streef niet naar de hoge dingen, maar voeg u tot de nederige dingen. Wees niet wijs in eigen oog.
Romeinen 12:14-16 HSV
Laat de liefde ongeveinsd zijn. Heb een afkeer van het kwade en hang het goede aan. Heb elkaar hartelijk lief met broederlijke liefde, ga elkaar voor in eerbetoon. Laat uw inzet niet verslappen. Wees vurig van geest. Dien de Heere. Verblijd u in de hoop. Wees geduldig in de verdrukking. Volhard in het gebed. Wees deelgenoot in de noden van de heiligen. Leg u toe op de gastvrijheid.
Romeinen 12:9-13 HSV
Een vriendelijk antwoord doet de woede wijken,
maar een krenkend woord wekt de woede op.
Aangename woorden zijn raten vol honing,
zoet voor de ziel en gezond voor de botten.
Spreuken 15:1 en 16:24 WV95
U zult de Heer uw God liefhebben met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand. Dat is het grootste en eerste gebod. Het tweede is daaraan gelijk: U zult uw naaste liefhebben als uzelf.
Matteüs 22:37b-39 WV95
Maar wie onder u groot wil worden, zal uw dienstknecht zijn, en wie onder u de eerste wil zijn, zal uw slaaf zijn; zoals de Zoon des mensen niet is gekomen om gediend te worden, maar om te dienen en zijn leven te geven tot een losprijs voor velen.
Matteüs 20:26b-28 Telos
Ik onderwijs u en leer u de weg die u moet gaan;
Ik geef raad, Mijn oog is op u.
Wees niet als een paard,
als een muildier, dat geen verstand heeft;
zijn muil houdt men in toom met teugel en bit;
dan kan het tot u niet naderen.
Psalm 32:8-9 HSV
Psalmzing voor de HEERE, gunstelingen van Hem!
Loof Hem en gedenk Zijn heiligheid.
Want een ogenblik duurt Zijn toorn,
maar een leven lang Zijn goedgunstigheid;
overnacht 's avonds het geween,
's morgens is er gejuich.
Psalm 30:5-6 HSV
Wees in geen ding bezorgd, maar laat uw verlangens in alles, door bidden en smeken, met dankzegging bekend worden bij God; en de vrede van God, die alle begrip te boven gaat, zal uw harten en uw gedachten bewaken in Christus Jezus. Verder, broeders, al wat waar is, al wat eerbaar is, al wat rechtvaardig is, al wat rein is, al wat liefelijk is, al wat welluidend is, als er enige deugd is en als er iets prijzenswaardigs is, bedenk dat.
Filippenzen 4:6-8 HSV
Regelmatige bezoekers van volgeling's kijk weten dat ik graag boeken en artikelen lees en naar preken luister van John Piper. In de afgelopen jaren heb ik ontzettend veel geleerd van deze man. Hij heeft mij de waarde van 'gereformeerd' laten zien. Door hem heb dat als het ware herontdekt. Ik zeg wel eens: 'Hij is voluit gereformeerd, behalve dan dat hij baptist is.' Want op het punt van de kinderdoop heb ik een andere mening en lees ik de Bijbel anders.
Vandaag ontdekte ik echter een ander punt waarop ik van mening verschil. John Piper heeft een Ask Pastor John rubriek op desiringgod.org, met vaak erg goede antwoorden op allerlei vragen. Vandaag is de vraag: Did Christ ever descend to hell? (Is Christus ooit neergedaald in de hel?). John Piper antwoordt daarop dat dat niet is gebeurd en dat het Bijbels bewijs voor dit zinnetje uit de Apostolische Geloofsbelijdenis zwak is. Daarom spreekt hij deze woorden dan ook niet uit als hij deze geloofsbelijdenis voordraagt. Ik zelf echter denk dat je die woorden prima kunt uitspreken.
John Piper wijst op Efeze 4:9 waar wordt gesproken over 'de lagere delen van de aarde' (Telos NT). De Statenvertaling spreek over 'de nederste delen der aarde'. Piper stelt dat hiermee bedoeld wordt: 'de lagere delen, namelijk de aarde'. Zo wordt dit ook wel vertaald in bijv. de NBV, waar staat: 'afgedaald naar wat lager ligt, naar de aarde'. John Piper ziet in deze tekst dus geen grond voor de gedachte dat Christus is neergedaald tot onder de aarde, waar de hel zou zijn.
Toch is er ruimte voor een interpretatie die meer zegt dan dat Christus uit de hemel is neergedaald naar de aarde. Matthew Henry bijvoorbeeld heeft over deze tekst geschreven: Into the lower parts of the earth; this may refer either to his incarnation, according to that of David, Psalm 139:15, My substance was not hidden from thee, when I was made in secret, and curiously wrought in the lowest parts of the earth; or, to his burial, according to that of Psalm 63:9 (vers 10 in Nederlandse vertalingen), Those that seek my soul to destroy it shall go into the lower parts of the earth. He calls his death (say some of the fathers) his descent into the lower parts of the earth. He descended to the earth in his incarnation. He descended into the earth in his burial. As Jonas was three days and three nights in the whale's belly, so was the Son of man in the heart of the earth.
Henry houdt op zijn minst de mogelijkheid open dat dat hier gesproken wordt over hét dieptepunt van Jezus, namelijk zijn dood.
Een ander argument van Piper is dat Jezus tegen de moordenaar aan het kruis zei: 'heden zult u met Mij in het paradijs zijn' (Lukas 23:43 HSV). 'Ik denk niet dat de dief naar de hel ging en dat de hel het paradijs werd genoemd', zegt Piper. Dat lijkt onweerlegbaar. Ik wil echter nog op een paar dingen wijzen:
1. Het woord 'hel' heeft tegenwoordig een andere klank dan in de middeleeuwen. In Amersfoort is er een 'Hellestraat' en die straat eindigt bij een kerkhof. Het woordje 'hel' kun je dan ook prima vertalen met 'graf' of 'dodenrijk', zoals in de NBG 1951 is gebeurd in bijv. Handelingen 2:27. De Statenvertaling heeft daar: 'Want Gij zult mijn ziel in de hel niet verlaten, noch zult Uw Heilige over geven, om verderving te zien.' De NBG echter heeft: 'omdat Gij mijn ziel niet aan het dodenrijk zult overlaten, noch uw heilige ontbinding doen zien'. Naar mijn idee heeft het woordje 'hel' in de Apostolische geloofsbelijdenis dezelfde klank en kan je daar dus prima 'dood' of 'dodenrijk' lezen.
2. Juist Handelingen 2:27 is volgens mij een tekst die laat zien dat Jezus 'in de hel is neergedaald', of anders gezegd: 'in de dood/het dodenrijk is neergedaald'. Ik geloof zeker dat Jezus nog diezelfde dag met de moordenaar aan het kruis in het paradijs was. Tegelijk was Hij ook in het dodenrijk, in het graf. Wat het woordje 'ziel' betreft, wil ik wijzen op de kanttekeningen van de Statenvertaling: 'Dat is mij, een deel voor het geheel genomen zijnde; Gen. 46:26; Ps. 3:3; Hand. 27:37, en wederom het geheel voor een deel verstaan zijnde, mijn lichaam. Alzo wordt het woord ziel dikwijls genomen; Lev. 19:28, en Lev. 21:11; Num. 5:2, en Num. 9:10; Hagg. 2:14.' Als je sterft dan is dus een deel van je in de hemel bij God, maar een ander deel is in het graf. Je bent dan dus niet één geheel. Het is opvallend dat de Bijbel spreekt over: 'u bent stof en u zult tot stof terugkeren' (Genesis 3:19). Er staat niet: 'uw lichaam is stof'.
3. Tot slot wil ik wijzen op de uitleg van de Heidelbergse Catechismus in Zondag 16, vraag en antwoord 44:Waarom volgt er: neergedaald in de hel?
De Catechismus benadert dit dus nog weer anders en kijkt vooral naar de zwaarte van het lijden, dat voor Christus een hel geweest moet zijn. Ik geloof zeker dat het lijden van Christus 'hels' geweest moet zijn, maar er valt naar mijn idee ook wat meer over te zeggen, zoals ik hierboven heb geprobeerd te laten zien. Voor mij in ieder geval reden genoeg om de woorden 'neergedaald in de hel' mee te spreken of te zingen, als we 's zondags ons geloof belijden.
Daardoor mag ik er in mijn felste aanvechtingen zeker van zijn en er rijke troost uit putten, dat mijn Here Jezus Christus mij van de angst en pijn van de hel verlost heeft.
Hij heeft deze verlossing bewerkt door zijn onuitsprekelijke angsten, smarten, verschrikking en helse kwelling, waarin Hij gedurende heel zijn lijden, maar vooral aan het kruis, verzonken was.
Daarom heeft God Hem ook uitermate verhoogd en Hem de naam geschonken die boven alle naam is, opdat in de naam van Jezus elke knie zich buigt van hen die in de hemel en die op de aarde en die onder de aarde zijn, en elke tong belijdt dat Jezus Christus Heer is, tot heerlijkheid van God de Vader.
Filippenzen 2:9-11 Telos
Template gebaseerd op © Free Blogger Templates Wild Birds door Ourblogtemplates.com 2008
Terug naar boven